Knights of the Pearls

Flatcoated retriever kennel, Ludmilla Lammers, Heerhugowaard

Home
Even voorstellen
Laatste nieuws
Rasinfo
Onze honden
Pups
Foto's
Training
In memoriam
Literatuur
Links
Contact
Karakter en gedrag Werk Gezondheid Rasstandaard  
         

Gezondheid en verzorging


Volgens de boekjes bereikt de gemiddelde Flatcoat de respectabele leeftijd van zo'n 12 jaar. Er zijn echter aanwijzingen dat de gemiddelde levensverwachting dalende is en dat een gemiddelde leeftijd van circa 9 realistischer is.

Zoals bij veel rassen, komen er ook bij de Flatcoated Retriever incidenteel erfelijke afwijkingen voor. Zo is het ras gevoelig voor:
- heupdysplasie (HD, een door erfelijke factoren en uitwendige invloeden bepaalde ontwikkelingsstoornis van de heupgewrichten)
- Patella Luxatie (PL, een afwijking aan het kniegewricht waardoor de knieschijf uit het kniegewricht kan schieten). Deze afwijking komt bij 23% van de Flatcoated Retrievers voor, waarvan volgens de FRC ca. 1 op de 10 Flatcoateds met PL hiervan klachten heeft en dus behandeling/operatie behoeft
- PRA / Cataract (afwijkingen aan het oog die blindheid kunnen veroorzaken)
- epilepsie
- kanker. Kanker zien we op alle leeftijden, maar naar mijn indruk vooral rond de leeftijd van 7-9 jaar. Volgens de FRC overlijdt 10% van de Flatcoateds op de leeftijd van 8 jaar aan kanker.
- middels inventarisatie is de FRC sinds 2010 het voor komen van hartafwijkingen in kaart aan het brengen. Tot 2009 was er niets bekend over de hartspierziekte dilaterende cardiomyopathie (DCM) binnen dit ras. Omdat wij ons willen inzetten deze dodelijke ziekte niet tot raseigenschap te maken, staat de informatie over DCM bij Flatcoateds gebundeld op een aparte pagina.

Indra, 20 maanden

Fokdieren worden verplicht onderzocht op heupen, knieën en ogen. Zie ook het Rasspecifiek Fokreglement.
 

Hieronder treft u informatie over achtereenvolgens:
* een gezond gewicht
* gezonde voeding
* vaccineren
* ontwormen
* teken(bestrijding)
* nagels knippen
* de inhoud van een 'verbandtrommel voor de hond' thuis

 

Gezond gewicht

De gemiddelde Flatcoated teef weegt tussen de 25 en 30 kg, een reu tussen de 30 en 35 kg. Uiteraard is eea afhankelijk van de grootte en conditie. Vergeet daarbij niet dat spieren zwaarder zijn dan vet. Een hond die een minder sportief leven leeft zal dus minder zwaar behoren te wegen dan zijn sportieve kameraad in top-conditie, van hetzelfde formaat!

Als u het optimale gewicht van de hond niet weet, kunt u die beoordelen op de hoeveelheid vet rond de ribbenkast.
Indien de ribben te zien zijn wanneer de hond gewoon recht staat, dan is het dier te mager.
Voor een verdere beoordeling legt u uw handen op de ribbenkast met de duimen op de rug van de hond. Wanneer de ribben makkelijk voelbaar zijn maar niet zichtbaar dan heeft de hond een normaal gewicht. Als u vet voelt tussen de ribben of als de ribben moeilijk voelbaar zijn, is de hond te zwaar. Als u de ribben helemaal niet voelt dan lijdt hij aan vetzucht.

Te dikke honden hebben een grotere kans op suikerziekte, hartproblemen en bewegingsproblemen. De ademhaling kan bemoeilijkt worden en de leverfunktie kan verminderen. Risico’s bij eventuele operaties zijn veel groter. En de weerstand van de hond kan verminderen. Vetzucht kan de levensduur verkorten.


Gezonde voeding voor honden


Brokken
Jaren lang gaven we vol vertrouwen en tevredenheid onze honden brokken. Niet 'zo maar' brokken, maar van merken waarin we vertrouwen hadden en waarvan de analyse ons beloofde dat het 'compleet' was. Naast brokken kregen ze 2 tot 3 dagen per week kant en klare verse voeding, vanuit de ervaring dat dit bijdraagt aan een gezond darmflora.
Toen naar aanleiding van behandeling van een hartspierziekte, de eetlust van één van onze honden van zeer matig, verbeterde naar uitstekend, werd zij ineens dól op verse voeding. Daarom besloten we de brokken vaarwel te zeggen en de honden voortaan vers te gaan voeren. Ons plezier in hun smullen is erg groot.

Compleet
Het duurde even voor ook de mensen om ons heen het wérkelijke vertrouwen voelden in het 'compleet' zijn van de verse voeding. Begrijpelijk, want we hebben ons door de afdeling Public Relations van brokkenfabrikanten tientalle jaren doen geloven dat het samenstellen van een maaltijd geen sinecure is. Maar ook vreemd, want wat is nou 'compleet'? En wat is nou voer voor carnivoren?
Is dat de samenstelling zoals die van de brok, die over het algemeen uit hoofdzakelijk granen bestaat, aangevuld met 'meel' van dierlijke producten (veelal van één diersoort), chemische antioxidanten ten behoeve van een lange houdbaarheid (maar op den duur ten koste van de gezondheid!) en synthetische vitaminen? Of is dat een maaltijd die opgebouwd is uit een variatie aan de natuurlijke leveranciers van de verschillende benodigde voedingsstoffen?

Mijn moeder bereidde heerlijke verse maaltijden voor haar gezin, zoals gelukkig heel veel ouders al vele generaties lang doen, wetende dat er niets boven vers en afwisseling gaat. Dat advies is voor dieren niet anders. Dagelijks pizza eten met een multivitamine tablet houdt ons vast wel in leven, maar is niet gelijk aan een verse, gevarieerde maaltijd.

Zowel het zelf samengestelde menu, als het menu met de biologische kant en klare verse voeding die we aan onze honden geven, zijn doorgerekend door de
Europees Specialist Diervoeding, verbonden aan de Universiteitskliniek Gezelschapsdieren. Hij bevestigde dat beiden uitstekend en compleet zijn.

Resultaten vers
Pas toen onze dieren volledig vers gevoerd werden, werd ons duidelijk hoe zeer we ons verkeken hadden op hoe 'goed' ze het deden op brok. Sinds ze vers eten, hebben ze geen 'onschuldige' oog- en oorontstekinkjes meer gehad. Zaken welke niet zorgelijk waren, want slechts incidenteel voor kwamen en goed te behandelen waren. We verklaarden ze vanuit vies zwemwater, warm weer, etc. Maar natuurlijk duidden ze ook dan op een minder goede weerstand. In het wild levende dieren zouden een lelijk probleem hebben met zo'n weerstand!
Sinds gebleken is dat deze verbetering stand houdt, durven we te concluderen dat we eerder tevreden waren met het resultaat van de brok, op grond van het niet kennen van het resultaat van vers.
Naast de weerstand zijn andere veel gehoorde verbeteringen bij klachtenvrije honden die van huid, anaalklieren, gebit en vacht.

Voor meer info over ondermeer de samenstelling van verse voeding en ook brok, zie Voerwijzer.

De jaarlijkse vaccinaties

In 2006 toonde Nobivac/Intervet wetenschappelijk aan dat haar vaccinaties voor hondenziekte, leverziekte en parvo een beschermingsduur van tenminste 3 jaar hebben. Veel eerder was dit al aangetoond ten aanzien van Rabies (hondsdolheid).
Alleen de vaccinaties voor Weil (Lepto) en kennelhoest (Pi) moeten nog jaarlijks herhaald worden, indien je de hond daartegen wilt vaccineren.

Het vaccinatieschema zoals Nobivac/Intervet dit sinds 2006 adviseert t.a.v. de door haar geproduceerde vaccins, wordt nog steeds niet door alle dierenarts praktijken gehanteerd, omdat het frequenter verkopen van een volledige cocktail aantrekkelijker is. Let dus zélf goed op welke vaccinatie je hond dit jaar nodig heeft en vraag de dierenarts expliciet alleen déze te geven.
Het is mogelijk er voor te kiezen - om het lichaam niet onnodig te belasten - de cocktail (DHP) en desgewenst kennelhoest (Pi) een week of 4 eerder of later te geven dan de vaccinatie tegen Weil (L).

Titerbepaling
Zoals gezegd bieden de entingen tenminste bescherming voor de genoemde duur, om die reden mogen ze ook voor die termijn geregistreerd worden. Ten aanzien van hondenziekte, hepatitis en parvo (dus de ziekten waarvoor slechts eens per 3 jaar gevaccineerd hoeft te worden) kán de duur echter ook langer zijn, dit verschilt per individu. Het is mogelijk hierop door de dierenarts te laten onderzoeken middels titerbepaling. Op deze wijze weet je zeker dat je hond beschermd is, dit licht ik later verder toe. Een dierenarts in Nederland met bijzonder veel kennis van - en ervaring met titeren is Tannetje Koning.

Vaccineren op maat
Om de titers te bepalen wordt bij de hond een klein beetje bloed afgenomen. Vervolgens wordt er gecheckt in hoeverre de hond beschikt over antilichamen tegen hondenziekte (Distemper), leverziekte (Hepatitis) en Parvo. Dit zijn de drie vaccins die in de DHP-cocktail zitten. De hoeveelheid antilichamen wordt weergegeven op een stripje met vier stippen (waarvan één een controlestip). Deze stippen worden langs een beoordelingskaart gehouden, die aan de stipkleur een cijfer toe kent. Wanneer de titerbepaling aantoont dat de hoeveelheid antilichamen hoog genoeg is, dan is vaccineren niet zinvol. De vaccinatie slaat dan namelijk niet aan! En zo kun je dus middels titerbepaling niet alleen de hond een zinloze vaccinatie besparen, maar ook zorgen dat je hond daadwerkelijk beschermd is (door te vaccineren op het moment dat het vaccin wél kan werken).

Geen hocus pocus en gewoon rechtsgeldig
Uitslagen van titerbepalingen worden net als de vaccinaties in het dierpaspoort vermeld. Ze zijn sinds januari 2016, n.a.v. het wetenschappelijk onderzoek er naar, gelijkgesteld aan vaccinaties dus nu ook
wettelijk voldoende bewijs van bescherming Dus ook op hondenscholen, pensions en shows volstaat nu een titerbepaling.
Het paspoort vermeld per ziekte het cijfer van de stipkleur en de datum tot wanneer zeker voldoende bescherming bestaat. Een arts die weinig ervaring heeft met titeren zal de hond standaard jaarlijks laten terug komen voor titerbepaling, een arts die zich gespecialiseerd heeft in titeren zal goed kunnen inschatten tot wanneer de hond zeker nog beschermd is en daardoor een controleafspraak kunnen maken op basis van het titer-resultaat.


Bij deze hond was de puppyvaccinatie op 6 weken niet aangeslagen: de bescherming die ze via de moedermelk
kreeg was daarvoor  toen nog te hoog. Ze is op de leeftijd van 3 maanden voor de 2e keer gevaccineerd,
ditmaal na titerbepaling en heeft aangetoond hier 3 jaar later nog ruim voldoende antilichamen uit te
hebben voor tenminste nogmaals 3 jaar!


De titers van deze pup zijn op de leeftijd van 9 weken nog veel te hoog om een vaccinatie te kunnen laten aan
slaan. Ze werd na 4 weken nogmaals getiterd om te zien of ze voldoende gedaald waren om vaccinatie zinvol te
laten zijn. Dit bleek niet het geval!

Meten = weten
Ook pups kunnen op maat gevaccineerd worden. De fokker kan daar al in het nest mee beginnen door de pups op de leeftijd van 6 weken te laten titeren. Pups krijgen van hun moeder antilichamen mee via de moedermelk, dit wordt maternale immuniteit genoemd en deze neemt geleidelijk af.
De bedoeling van vaccineren is een pup goed te beschermen. Te vroeg vaccineren, vóór de antilichamen voldoende gedaald zijn, maakt het onmogelijk de vaccinatie te laten aan slaan en biedt daardoor schijn veiligheid. Vroeger kon niet met zekerheid onderzocht worden wanneer de maternale immuniteit weg was. Wel was bekend dat vaccinaties niet aanslaan bij afdoende aanwezige antilichamen. Dat is de reden dat pups standaard driemaal gevaccineerd werden (worden) namelijk op de leeftijd van 6, 9 en 12 weken: men ging er van uit dat dan tenminste één van die vaccinaties aan zou slaan. Voor beide hierboven bij de paspoort-foto's besproken honden geldt dat ze langs deze weg niet tegen alle gevaccineerde ziektes beschermd zouden zijn.
Omdat hondenziekte en hepatitis nauwelijks meer voorkomen wordt de hoeveelheid aanwezige antilichamen tegen parvo als ijkpunt genomen voor het advies om de pup wel of niet te vaccineren. Zou je vaccineren bij een niet meer zichtbare stip voor hondenziekte terwijl de stip die Parvo weergeeft nog zo duidelijk zichtbaar is, dan is de pup daarna weliswaar beschermd tegen ziektes die niet of nauwelijks nog voorkomen, maar Parvo slechts vanuit de (kort durende) maternale immuniteit. Terwijl Parvo wel degelijk een reële bedreiging vormt, zeker voor pups! Om die reden wordt geadviseerd om pups pas te vaccineren wanneer de parvostip niet of bijna niet meer zichtbaar is. Wie een aantal weken na vaccinatie nogmaals laat titeren weet met zekerheid of de vaccinatie daadwerkelijk is aangeslagen.

Lepto vaccinatie
Voor Lepto geldt dat het een zeer weinig voorkomende ziekte is, waarop bijna alleen enige kans is van juni-november. De bescherming van de vaccinatie neemt een half jaar na toediening af, zodat het verstandig is wanneer je voor deze vaccinatie kiest, deze in april te laten toedienen.
Ziekte wordt middels vaccinatie niet per definitie voorkomen, maar verloopt indien ze het ondanks vaccinatie tóch krijgen milder.
Het succes van de behandeling van Lepto wordt voor een belangrijk deel bepaald door tijdige, juiste diagnosticering, wat men zelf beïnvloeden kan door bij hevige braak- en diarree klachten direct te vragen om een onderzoekje hiernaar. Een te laat behandelde Lepto infectie kan leiden tot blijvende schade en zelfs levensgevaarlijk zijn.
Omdat de Lepto vaccinatie degene is met de meeste en hevigste bijwerkingen, welke variëren van vervelend tot dodelijk, is het verstandig te overwegen welk risico voor uw hond het zwaarst moet wegen. Indien men er voor kiest Lepto te laten vaccineren is het van belang deze de eerste keer na 3 weken te laten herhalen (boosteren) en vervolgens steeds jaarlijks tijdig te herhalen, alleen onder deze voorwaarden kan het werkzaam zijn. Ander aandachtspunt is de leeftijd waarop je het op z'n vroegst vaccineert. In Nederland wordt dit standaard gedaan op de leeftijd van 9 en 12 weken, tegelijkertijd met de zogenaamde cocktail, t.b.v. het gemak van de eigenaar. Het verdient echter aanbeveling het Lepto vaccin niet gelijktijdig met een andere vaccinatie toe te laten dienen, om het lichaam niet onnodig zwaar te belasten. Tevens heeft wetenschappelijk onderzoek aangetoond dat de ontwikkeling van het immuunsysteem (wat het hele 1e levensjaar duurt!) er in hoge mate bij gediend is Lepto nooit te vaccineren vóór de leeftijd van 16 weken!
Samenvattend, indien je kiest voor Lepto vaccinatie: niet tegelijk met andere vaccinaties, niet vóór de hond 16 weken is en dit vaccin jaarlijks in april laten toedienen.

Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA, European Medicines Agency) dat medicatie voor zowel humaan als veterinair gebruik beoordeelt en hier toezicht op houdt, bracht in februari 2017 een bulletin met de bevindingen over 2016 naar buiten. Dit bulletin was bedoeld om zowel dierenartsen als diereigenaren te informeren over de bevindingen van de EMA met betrekking tot diermedicatie.
Op pagina 6 schrijft het EMA dat aanbevolen wordt om nader onderzoek te doen naar de mogelijke oorzaak van de bijwerkingen van de verschillende vaccinaties tegen leptospirose.
"A high number of reports for painful local reactions and systemic reactions were reported with different multivalent Leptospira vaccines. Further investigations on the underlying cause e.g. role of the additional antigenic load, is required."
Dat het EMA nader onderzoek bevestigt tenminste dat voorzichtigheid geboden is bij vaccineren tegen leptospirose. Het volledige bulletin is hier te lezen.


Kennelhoest vaccinatie
Voor kennelhoest ligt de afweging m.b.t. vaccinatie wat mij betreft minder complex. Kennelhoest kán - net als griep bij ons zelf - na enkele dagen leiden tot longontsteking, wat (levens)gevaarlijk is. Kennelhoest is echter zeer duidelijk op te merken én herkennen middels het hoesten en ziek zijn. Indien dit ondanks rust en hoest remmende akties (lepeltjes honing, zachte voeding en het af houden van een halsband) ernstig is of na ca. 2 dagen niet af neemt, kan middels tijdige aanvang met antibiotica voorkomen worden dat het leidt tot ernstige complicaties. Een kennelhoestvaccinatie zou ik dus slechts kiezen wanneer gebruik gemaakt wordt van een pension, waar dit verplicht is.

Rabiës vaccinatie
Tot slot kort informatie over de Rabies vaccinatie. Een vaccinatie tegen rabiës (hondsdolheid) is slechts nodig indien de hond het land verlaat. Tot ca. 15 jaar geleden moesten honden die de grens over gingen ieder jaar opnieuw tegen rabiës worden ingeënt, ook als het vaccin waarmee je hond was ingeënt langer geldig was dan 1 jaar. Dat is voor EU landen nu niet meer nodig. Sinds 2012 óók voor Engeland, Noorwegen, Zweden en Zwitserland! Vraag je dierenarts dus een rabiësvaccin te gebruiken dat meerdere jaren geldig is (Nobivac). De kosten zijn gelijk. Je hond hoeft binnen genoemde landen pas opnieuw te worden ingeënt als de geldigheidsduur is verstreken. Wanneer je dit later herhaalt, dient de hond tenminste 3 weken voor hij ons land verlaat te zijn gevaccineerd.

Ontwormen

Ten aanzien van ontwormen wordt geadviseerd dit 4 maal per jaar preventief te doen. Preventief ontwormen is echter helemaal niet mogelijk... Wormen kunnen slechts bestreden worden wanneer het dier ze heeft en het toedienen van een wormenkuur voorkomt geen besmetting.
Wormen zijn niet gezond voor een dier en evenmin voor onszelf en de kinderen die spelen in de gebieden waar onze honden lopen. Het is dus zeker zinvol infectie te behandelen. De gemakkelijkste manier is zonder meer het dier lukraak 4 maal per jaar te ontwormen, dan weten we immers zeker dat een infectie niet langer dan 3 maanden duurt.
Interessant is om eens aan de huisarts te vragen of het mogelijk is onszelf jaarlijks (hoewel 4 maal per jaar consequenter zou zijn..) 'preventief' te ontwormen. Immers, we gaan dagelijks om met dieren die kennelijk regelmatig wormen hebben. We krijgen geregeld van zo'n vrolijke malloot een lik en soms is dat een voltreffer in ons gezicht. Ook wassen we niet steeds onze handen als we even geknuffeld hebben... Kortom, het lijkt niet onwaarschijnlijk dat ook wij dan wel eens ontwormd moet worden? De enorme terughoudendheid van medici daarin ten aanzien van mensen, de vereiste dat een wormbesmetting dan eerst bewezen moet worden, maakt wel duidelijk hoe 'onschuldig' deze behandeling is. Ontlasting onderzoek, om vast te stellen of de hond een wormbesmetting heeft, is óók mogelijk met onze huisdieren! U kunt hiervoor terecht bij uw dierenarts, maar ook (voordeliger en eveneens onderzocht door de medewerker die dit op de Universiteitskliniek doceert) bij Het Woud.
Gedurende deelname aan het 3-jarig Spoelworm onderzoek van de UKG (2011-2014), waarbij de ontlasting van mijn honden maandelijks werd onderzocht, is gebleken dat onze honden slechts zelden een worminfectie oplopen. Wat opmerkelijk is gezien hun gedrag! Tevens bleek het opdoen van een worminfectie nauw samen te hangen met de afweer van de individuele hond: jonge, zieke en bejaarde dieren lopen hierop meer kans. Daarnaast is vast gesteld dat ook honden die samen leven, elkaar regelmatig kussen en alles samen delen elkaar niet vanzelfsprekend infecteren. Bij één wordt een infectie vast gesteld, de anderen blijven hiervan vrij...
Naast het ongezond zijn van bestrijdingsmiddelen en daarom bij voorkeur te beperken tot noodzakelijke behandeling, werkt preventieve ontworming ook resistentie van wormen tegen deze middelen in de hand, zoals eerder al bij paarden en schapen gebeurde. Om worminfecties te kunnen blijven bestrijden is het dus van waarde kritisch om te gaan met deze middelen!
Het ontwormen van een Flatcoated is niet goedkoper dan het laten onderzoeken van de ontlasting. Het alleen behandelen indien het dier werkelijk besmet is, is dus niet alleen gezonder en van belang voor het behoud van de werking van ontwormproducten, maar ook niet kostbaarder.


Teken

Deze kleine spinachtige insecten ter grootte van een speldenkop, hebben bloed nodig om zich te ontwikkelen en voort te planten. Ze wachten in grashalmen of lage bosjes op een passerende gastheer (2- of 4-voeter), waaraan ze zich in het voorbijgaan vastklampen.

14 Procent van de teken in Nederland is besmet met de bacterie die de ziekte van Lyme veroorzaakt en via een beet kan worden overgebracht op mensen.
In Nederland is het risico op de ziekte van Lyme na een tekenbeet tussen 1995 en 2002 verdubbeld.

De belangrijkste risicofactor op besmetting is de tijd die de teek op de huid doorbrengt. De teek moet meestal eerst een paar uur rondkruipen om een geschikte plek te vinden. Eenmaal genesteld begint hij zich vol bloed te zuigen. Dat duurt wel 24 tot 78 uur. Pas tegen het einde ervan worden, als de teek ze bij zich draagt, de ziekmakende bacteriën overgebracht. Als de teek binnen 24 uur wordt verwijderd, bestaat er dus nauwelijks gevaar voor besmetting, maar daarna wordt de kans op Lyme groter.

Teken gaan graag op plaatsen zitten waar de huid zacht, vochtig en warm is. Je kunt ze aantreffen achter de oren in de haren, tussen huidplooien, tussen tenen en vingers, in de knieholte, onder de elastiek van ondergoed of kousen, maar ook op andere plaatsen.
Bij de honden vind ik ze vooral op de kop, rond de oren, hals/voorborst en oksels, maar ook in de lies-streek.

Volgens Wageningse onderzoekers worden 41 procent van de tekenbeten opgelopen in het bos en 31 procent in de eigen tuin. Ook in de duinen zijn veel teken te vinden.

Tekenbeten komen het vaakst voor als het een beetje warm en vochtig is. Bij temperaturen onder de 5-10 graden Celsius zijn ze nauwelijks actief.

De ziekte van Lyme kan leiden tot ernstige aandoeningen van gewrichten en het zenuwstelsel. Chronische ziekte kan echter voorkomen worden door pati
ënten in een vroeg stadium te behandelen met antibiotica.
Als jij of je hond ziek wordt (bijv. koorts, gewrichtspijn of infecties) zonder dat met zekerheid de oorzaak vast gesteld kan worden, herinner je (dieren)arts dan aan de optie Lyme! Tijdig een goede anti-biotica kuur is in dat geval een must!

Het verwijderen:
* Verwijder teken zo snel mogelijk. Als een teek al in de huid vastzit, gebruik dan bijv. een tekenpincet, tekentwister of goede tekenlasso. Niet elk type tekentang werkt even goed, vooral kleine teken en volgezogen teken zijn vaak lastig te verwijderen. Probeer de teek in ieder geval zo dicht mogelijk op de huid (bij de kop) beet te pakken en niet in het lichaam van de teek te knijpen.
* Trek m.b.v. de tekenverwijderaar de teek voorzichtig recht uit de huid. (eventueel met een licht draaiende beweging).
* Irriteer de teek niet met olie, alcohol of vuur e.d., dit verhoogt de kans op besmetting!
* Desinfecteer het bijtwondje na verwijdering van de teek met alcohol 70% of met jodium. De tekentang eveneens desinfecteren.
* Sommige teken zijn besmet met Borrelia Burgdorferi, de bacterie die verantwoordelijk is voor de ziekte van Lyme. Teken kunnen ook nog andere ziekteverwekkers bij zich dragen.
* Hoe sneller verwijderd, hoe kleiner de kans op besmetting. Teken zoeken eerst een goed plekje en moeten hun steeksnuit eerst in de huid brengen. Dit neemt enige tijd in beslag.

Bestrijden:
* Teken kunnen bij honden bestreden worden met gif. Goede bestrijding biedt bijvoorbeeld een Scalibor tekenband (let op: deze banden zijn levensbedreigend giftig voor katten!) en Defendog spray (werking neemt af nav zwemmen!). Beiden scheiden een middel af dat de teken verlamt, waardoor ze zich niet kunnen vastzuigen, danwel binnen 48 uur los laten.
Klik hier voor een overzicht van alle huidige middelen, werkzame stoffen en beschermingsduur.
* Draag tijdens wandelingen lange mouwen en hoge schoenen of doe je broekspijpen in je sokken.
* Controleer - ondanks bestrijdingsmiddelen - je hond aan het eind van
élke dag zorgvuldig op teken, zodat je ze tijdig verwijderen kunt.

Meer info over de ziekte van Lyme bij de hond vind je o.a. hier
Zie voor meer informatie Tekenradar.nl

 

Nagels knippen

Als de nagels van een hond te lang worden veroorzaken ze tijdens staan en lopen een constante druk op de voeten van de hond. Dit kan een afwijkende stand van de voeten en dus poten tot gevolg hebben. Te lange nagels veroorzaken dus pijn en soms ook ontsteking.
Wanneer je nagels te lang laat door groeien, groeit ook het leven er in te lang door, zodat de nagel niet meer zo kort geknipt kan worden als nodig is. Houdt de lengte van nagels dus bij, net als je dit bij jezelf doet.

Nagels mogen de grond niet raken als de hond staat. Als 'test' kun je een blaadje papier gebruiken: deze moet je er zonder weerstand onder kunnen schuiven.
Zie voor het wennen aan het ondergaan van nagels knippen/vijlen deze link Deze training lijkt misschien een heel gedoe, maar terugkerende worstelingen (die het knippen onmogelijk maken) en vervolgens herstel van vertrouwen kost véél meer moeite...

Nagels kunnen geknipt en gevijld worden. Om te knippen zijn speciale hondennagelschaartjes te koop bij de dierenspeciaalzaak. Laat je adviseren over de juiste maat. Vijlen bestaan er ook electrisch, als een dremel. Wat de voorkeur heeft hangt mede af van je hond. Sommige honden hebben een uitgesproken hekel aan één van beide methoden.

Bij honden met zwarte nagels is niet te zien waar het leven begint. Het beste kun je daarom steeds heel kleine stukjes afknippen tot je in de kern van de nagel een donkerder puntje ziet verschijnen, dan weet je dat je dichtbij het leven zit.
Als je onverhoopt tóch in het leven knipt doet dit veel pijn en zal het stevig bloeden. Maar geen paniek, je hond is gebaat bij jouw kalmte. Je kunt het bloeden stoppen door aluinpoeder op de gewonde nagel te doen, zorg dus dat je dit voor de zekerheid in huis hebt. Aluin is te koop bij de meeste drogisterijen.


EHBO/medicijnen

Raadpleeg bij twijfel áltijd de (dienstdoende) dierenarts!!
Wanneer u meer vertrouwen heeft in de adviezen van bijvoorbeeld mensen in het park of op een internetforum, zoek dan een arts die u wél deskundig acht!

Hier volgt een lijst van zaken die handig zijn om in huis te hebben, om zo nodig direct te kunnen handelen, danwel na overleg met een arts. Deze lijst is mogelijk nog niet compleet:

- ontstekingsremmende pijnstiller, zoals Carprodyl of Rimadyl (verkrijgbaar bij de dierenarts, bestrijdt pijn, ontsteking en koorts maar niet de oorzaak hier van)
- soda voor het weken en ontsmetten bij verwonding en huidontsteking
- Groen leem (bij voorkeur poeder, zonder toevoegingen!) trekt vuil uit wonden en vormt tevens een beschermende en ademende laag over de wond waardoor vuil en vliegen geen kans krijgen om de wond binnen te dringen. Verwijder iedere 12 uur ter voorkoming van bloedvergiftiging en breng desgewenst een nieuwe laag aan.
- Ukugest (VSM, bij diarree)
- ORS oplossing (verkrijgbaar bij de dierenarts, voedingsstoffen in water op te lossen te verstrekken tijdens een vastendag  tbv herstel van diarree, ter voorkomen van o.a. uitdroging)
- Caf oogzalf (verkrijgbaar bij de dierenarts, mag zowel bij oogontsteking als -beschadiging al vast toegediend worden alvorens je bij de arts bent. Neem geen risico en laat oogklachten desondanks onderzoeken!).
Voor het zalven eerst goed spoelen met fysiologisch zout. Flesjes die geschikt zijn om mee te spoelen worden verkocht bij de opticien.
- tekenpincet, tekentwister en tekenlasso om onmiddellijk teken in z'n geheel te kunnen verwijderen, ongeacht formaat en plaats.
- Betadine jodium.
- Fysiologisch zout (verkrijgbaar in halve liter flessen bij de apotheek, uit te nemen middels injectiespuit t.b.v. steriel houden). Te gebruiken voor het spoelen van ogen na bijv. strandbezoek, tevens het meest geschikte wondspoelmiddel omdat het steriel spoelt zonder het herstel te belemmeren. Zie website wondspecialist.
- Aluin (stelpt het bloeden van nagels indien in het leven geknipt is)
- Phytonics Clear intestine, bij diarree. Dit bindt ontlasting zonder (zoals bijv. Diarstop) het herstel te vertragen. Bevat prebiotica (voeding voor goede bacterieen) en houdt de dikke darm aktief wat het herstel daarvan bevordert!
- Vet wrap (zelf klevend verband, handig voor eerste hulp en bij bijv. kapotte voetzooltjes)

Twee betrouwbare ziektekosten verzekeringen voor honden zijn: Petplan en Dier & Zorg

Een hond kan slechts zweten onder de voetjes. De mogelijkheden tot afkoelen zijn dus zeer beperkt! Fiets daarom nooit met de hond wanneer de buitentemperatuur hoger is dan 20-22 graden celcius. Een luchttemperatuur van 25 graden celcius, veroorzaakt namelijk al een asfalttemperatuur van 52 graden celcius. Een luchttemperatuur van 30 graden celcius, leidt tot een asfalttemperatuur van 62 graden celcius.
Lees hier over het voorkomen en de behandeling van oververhitting bij honden.